BRUSSELS PARLEMENT – Bij enkele honderden dossiers kan je “aankloppen bij het OCMW”. Bij vele duizenden dossiers is er een andere aanpak nodig. Enkel en alleen meer sociaal assistenten aanwerven is niet het antwoord.
De Pano-reportage bevestigt een goede studie van de ULB van december 2023 op vraag van de Brusselse regering. Er is nood aan aan een transparante, eenvoudige en snelle toekenning van OCMW-steun, opvolging en activering van OCMW-leefloners. Dit moet op het niveau van de 19 gemeenten. Daarmee willen we een halt toeroepen aan het cliëntelisme.
Eenheid van dossier
We moeten komaf maken met het misbruik en de allerzwaksten helpen. De eerste voorwaarde is één gewestelijk dossier dat de leefloner, werkloze, werkzoekende, … volgt en door alle partners consulteerbaar is. Dat is de voorwaarde voor zowel goede ondersteuning, transparantie én controle.
De actualiteitsvraag van Imane Belguenani aan collegelid Elke Van den Brandt met betrekking tot de opvolging, steun en activering van leefloners
De Pano-reportage op VRT over het OCMW van Anderlecht was groot nieuws. Maar eigenlijk ook niet voor wie OCMW’s een beetje kent. Onder de vele zaken die de reportage zeer terecht aankaartte, waren:
- de werklast van de sociaal assistenten;
- de ongelijke behandeling en verschillende steun, zowel tussen aanvragers binnen één OCMW als tussen de verschillende OCMW’s.
Ik ga dus niet eens in op de aspecten van fraude, cliëntelisme, enzovoort… te veel om op te sommen.
Een saaie maar degelijke studie van de ULB in opdracht van de GGC maakte de analyse al eerder en reikte oplossingen aan in het rapport "Vers un rapport des pratiques des CPAS bruxellois", van december 2023, door Juliette Van Ypersele en Daniel Dumont, die ook in de VRT-reportage aan het woord kwamen.
Het Rekenhof maakte een gelijkaardige pijnlijke analyse over de opvolging van de dossiers door Actiris in haar doorlichting vorig jaar.
Als de werklast zo disproportioneel hoog wordt, is het vooral tijd om van methoden en aanpak te veranderen. Enkel meer assistenten aanwerven verhoogt vooral de beheerslast van de OCMW’s. Er is manifest ook een gebrek aan uitwisseling van informatie tussen de OCMW’s en tussen alle andere institutionele partners om een transparante en eenvoudige aanpak mogelijk te maken. Volgens bovenstaande studie is dit juridisch perfect mogelijk door een grotere overkoepelende rol voor de GGC en het Gewest.
Mijn vragen zijn de volgende:
- Welke acties werden er ondernomen om de voorstellen uit de studie van de ULB van december 2023 in beleid om te zetten en meer eenvormige en transparante steun te waarborgen over alle 19 OCMW’s?
- Wordt er ook werk gemaakt van een eenheid van dossier, dat de werkzoekende (of hij nu werkloosheid geniet of leefloon of andere steun geniet) volgt en consulteerbaar is, waar hij ook aanklopt? Dit is een eerste stap naar verlaging van werkdruk en een objectievere, transparantere en snellere aanpak.
De bottom line is: de uitdrukking “aankloppen bij het OCMW” was oké als er enkele honderden dossiers waren. Bij duizenden dossiers moet je je van methode veranderen. Dat is wat ik leer uit de studie van de ULB en wat bevestigd wordt door de Pano-reportage.
Le reportage de Pano confirme une étude solide réalisée par l’ULB en décembre 2023 à la demande du gouvernement bruxellois. Elle met en lumière la nécessité d’un système de soutien du CPAS transparent, simple et rapide, ainsi qu’un meilleur suivi et une activation des bénéficiaires du revenu d’intégration. Cela doit être organisé au niveau des 19 communes, afin de mettre un terme au clientélisme.
Unité de dossier
Nous devons lutter contre les abus et soutenir les personnes les plus vulnérables. La première condition est de créer un dossier régional unique, qui suivrait chaque bénéficiaire (revenu d’intégration, chômeur, demandeur d’emploi, etc.) et serait consultable par tous les partenaires concernés. Cela est essentiel pour offrir un accompagnement de qualité, garantir la transparence et permettre un contrôle efficace.
Question d’actualité posée par Imane Belguenani à Elke Van den Brandt, membre du collège, concernant le suivi, le soutien et l’activation des bénéficiaires du revenu d’intégration
Le reportage de Pano sur le CPAS d’Anderlecht a fait grand bruit. Mais, pour ceux qui connaissent un peu le fonctionnement des CPAS, cela n’a rien de surprenant. Parmi les nombreux points soulevés à juste titre par le reportage figurent :
- la charge de travail des assistants sociaux ;
- les inégalités de traitement et de soutien, aussi bien entre les demandeurs au sein d’un même CPAS qu’entre les différents CPAS.
Je ne vais même pas m’attarder sur les aspects liés à la fraude, au clientélisme, etc., tant il y aurait à dire.
Une étude sérieuse mais peu médiatisée de l’ULB, commandée par la COCOM, avait déjà analysé la situation et proposé des solutions dans l'analyse « Vers un rapport des pratiques des CPAS bruxellois » (décembre 2023), rédigé par Juliette Van Ypersele et Daniel Dumont, qui se sont également exprimés dans le reportage de la VRT.
La Cour des comptes avait, pour sa part, dressé un constat similaire dans son analyse l’année dernière sur le suivi des dossiers par Actiris.
Quand la charge de travail devient aussi disproportionnée, il est impératif de changer de méthode et d’approche. Recruter davantage d’assistants ne fait qu’alourdir la charge de gestion des CPAS. Il manque manifestement un véritable échange d’informations entre les CPAS et les autres partenaires institutionnels pour permettre une approche plus transparente et simplifiée. D’après l’étude mentionnée, cela est juridiquement tout à fait possible grâce à un rôle plus large confié à la COCOM et à la Région.
Mes questions sont les suivantes :
-
Quelles actions ont été entreprises pour traduire les propositions de l’étude de l’ULB de décembre 2023 en politiques concrètes et garantir un soutien plus uniforme et transparent dans les 19 CPAS ?
-
Travaille-t-on également sur la mise en place d’une unité de dossier, permettant de suivre un demandeur d’emploi (qu’il bénéficie d’un revenu d’intégration, d’allocations de chômage ou d’autres formes de soutien) et de rendre ces informations consultables partout ? Cette étape est cruciale pour réduire la charge de travail et garantir une approche plus objective, transparente et rapide.
Conclusion
L’expression « frapper à la porte du CPAS » doit être adaptée lorsqu’il ne s’agit plus de quelques centaines de dossiers mais de milliers de dossiers. Dans ce cas, il faut repenser la méthode. C’est la principale leçon que je tire de l’étude de l’ULB et que le reportage de Pano vient confirmer.